ChristenUnie: Meer aandacht voor opleidingsniveau nodig
De Overijsselse fractie van de ChristenUnie vindt dat er meer moet worden gedaan aan het opleidings- en onderwijsniveau in de provincie. Ten opzichte van de landelijke percentages heeft Overijssel relatief veel laagopgeleiden. Voor kansen op de toekomstige arbeidsmarkt is het nodig om dat te veranderen. Het opleidingsniveau moet omhoog. Voor vakmensen is een mbo een basisvoorwaarde op de arbeidsmarkt van morgen. Voorts wil de ChristenUnie dat in het arbeidsmarktbeleid meer aandacht wordt geschonken aan de uitdagingen om de leefbaarheid in de provincie op peil te houden. Vacatures voor onmisbare beroepen als huisartsen en gespecialiseerde zorgberoepen zijn juist op het platteland moeilijk te vervullen. Als derde wil de ChristenUnie focus op de kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt en de bijbehorende infrastructuur om deze mensen een beschutte plek te bieden. ChristenUnie-statenlid Jan Westert denkt dan vooral aan het stimuleren van sociaal ondernemerschap en hernieuwde aandacht voor de positie van de sociale werkvoorziening.
De inzet van de ChristenUnie op het arbeidsmarktbeleid wordt ingebracht bij het provinciale voorstel ‘Naar een inclusieve, wendbare en toekomstgerichte arbeidsmarkt’. Overijssel trekt de komende jaren € 8,5 miljoen uit voor arbeidsmarktbeleid en de focus moet gericht en integraal worden op dit soort doelstellingen.
Als het gaat om het lage opleidingsniveau is er werk aan de winkel, aldus woordvoerder Westert. “Laaggeletterdheid speelt een rol, maar het gaat verder. Het te lage opleidingsniveau moet aangepast worden. Dat begint al bij het basisonderwijs. Er zijn dan juist sterke onderwijsvoorzieningen en goede vervolgopleidingen nodig in de nabijheid van de woonomgeving. De leefbaarheid op het platteland staat onder druk. Dat heeft gevolgen voor de instandhouding en het op peil houden van krachtige scholen.” Kan de provincie samen met het Ministerie van Onderwijs daar niet gerichter beleid op maken, zo wil de ChristenUnie weten. ‘De regionale component in het onderwijsbeleid kan sterker.’ Laat de SER en het Trendbureau eens onderzoek doen naar de gevolgen van dalende leerlingtallen en afnemende onderwijsvoorzieningen voor de leefbaarheid op het platteland.
Ook de onmisbare beroepen op het platteland, zoals huisartsen en gespecialiseerde verpleegkundigen, maar ook het behoud van goede docenten zijn een punt van structurele aandacht. Leefbaarheid op het platteland is een vraagstuk aan het worden. Het vraagt om een toekomstgerichte arbeidsmarkt, die mensen weet te binden en te boeien. De ChristenUnie vraagt daar mee aandacht voor.
Als derde pleit de ChristenUnie voor een sterke sociale infrastructuur op de Overijsselse arbeidsmarkt. Sociaal ondernemerschap moet belangrijk gemaakt worden en de afbouw van de sociale werkvoorziening dient te worden heroverwogen. Beschutte arbeid is nodig voor groepen mensen op de arbeidsmarkt. Het is zaak onze ogen in het arbeidsmarktbeleid hier niet voor te sluiten. ‘Het streven naar een inclusieve arbeidsmarkt begint hier, aldus Jan Westert. De ChristenUnie vindt de positie van ouderen op de arbeidsmarkt daar een onderdeel van. Ouderen worden geacht langer te werken. Hun toegang en deelname aan ‘werktrainingen’ moet structureel beter om te voorkomen dat zij voortijdig hun loopbaan moeten beëindigen.