Overijssel kampt met een omvangrijke leegstand vamn kantoren. Die leegstand wordt voor een derde veroorzaakt door de economische neergang. Tweederde van de leegstand wordt veroorzaakt door andere factoren, waarbij het afnemend gebruik van vierkante meters een rol speelt, even als het nieuwe werken. De belangrijkste oorzaak is echter het feit, dat de kantorenmarkt ook een interessant speeltje was van de vastgoedsector, waardoor er te gemakkelijk is geïnvesteerd in nieuwe kantoren. De sector en de gemeenten zitten nu in zekere zin op de blaren. Ook voor de provincie geldt, dat men te weinig gefocust was op de effecten van deze ontwikkeling.

De ChristenUnie deelt de analyse en de adviezen van de SER in Overijssel. Westert zag deze ook terug in het voorstel van het college en gaf aan goed uit de voeten te kunnen met de aanpak van GS. ‘Het is duidelijk dat er geen gemakkelijke oplossingen te bedenken zijn, het is een thema van lange adem is’, aldus de fractievoorzitter van de ChristenUnie. ‘Die lange adem moet ook gegeven worden, want de provincie is niet de eerst aangewezene om met geld over de brug te komen voor snelle sanering. Die opdracht is voor de markt zelf. De provincie kan dat proces begeleiden en regisseren en behulpzaam zijn in het ontwikkelen van creatieve alternatieven.’ De ChristenUnie zag vooralsnog geen reden om met financiële steun te gaan werken. Wel dient het ruimtelijke instrumentarium te worden ingezet. In de omgevingsvisie verdient deze leegstand een plek te krijgen en door te werken. De plancapaciteit kan worden teruggebracht. Dat is een vraagstuk dat in het overleg met gemeenten aan de orde dient te zijn.

Westert pleitte er ook voor te streven naar meer diversiteit. Dat voorkomt die buitengewone saaiheid en eenzijdigheid van kantorenparken. Behalve in de spits is die omgeving te weinig te beleven, zo vindt de fractievoorzitter van de ChristenUnie. Het was hem opgevallen, dat in de nota van Gedeputeerde Staten de bredere term werklocatie wordt geïntroduceerd. Dat sprak hem aan, ‘omdat het daarbij gaat over meer diversiteit en flexibiliteit, kleinschaligheid en een afwisselender beeld om locaties in te richten. De monotone kantorensector, het eenzijdige bedrijventerrein of de winkelcentra met veel leegstand kunnen we mede doorbreken door creatief met werklocaties om te gaan en meer diversiteit toe te staan’, zo is zijn opvatting.

In de aanpak streeft Gedeputeerde Staten er ook naar om ruimte te vinden voor andere bestemmingsmogelijkheden van kantoren: studentenhuisvesting, creatieve ruimte. ‘Mijn fractie juicht dat toe, maar heeft er geen overspannen verwachtingen van, omdat de kantorenparken ook vaak gelokaliseerd zijn in een omgeving, waar het niet bruist van leven. Wonen en werken hebben we ruimtelijk daartoe ook te sterk gescheiden, zodat we nu niet snel kunnen inspelen op andere trends.’

Kortom, de ChristenUnie vraagt een programma in de lijn van beperking van plancapaciteit, doorwerking in omgevingsvisie, meer integrale benadering van werklocaties, kleinschalig, divers en een lange adem om de problematiek op te lossen.