Burgeramendement is schijninvloed
“Het burgeramendement is schijnversterking van de democratie”, zo stelt statenlid Jan Westert. Hij reageert hiermee op het initiatiefvoorstel van D66 om het burger amendement in te voeren. “We tuigen een hele verordening aan regels op, voordat een burger een amendement in kan dienen. Van meer bureaucratie om de democratie te dienen wordt de burger niet gelukkiger.”
In de Commissie Openbaar bestuur had Jan Westert al aangegeven, dat de fractie van de ChristenUnie niets ziet in het burgeramendement. Het burgeramendement verdraagt zich niet met de manier waarop in onze democratie het recht op amenderen is neergelegd bij de volksvertegenwoordiging. “Bovendien is het een uiterst omslachtige manier van burgers om invloed uit te oefenen op de politieke besluitvorming! Als je aan het eind van het besluitvormingstraject als burger nog iets wilt regelen is beïnvloeding eigenlijk te laat. Bovendien een amendement kan forse budgettaire gevolgen hebben. Zulke afwegingen dienen eerder en in een breder perspectief in het proces van besluitvorming te zijn betrokken. Dat is nu juist de rol van de volksvertegenwoordiger.
Bureaucratie zet de burger op afstand. Het burgeramendement is schijnversterking van de democratie. Het is de dood in de pot voor het goede gesprek tussen de volksvertegenwoordiger en de burger.
Als een voorstel in behandeling komt is er meestal een lange weg van totstandkoming aan vooraf gegaan, waarbij ook inspraak- en participatie mogelijk is. In het traject van besluitvorming zijn het de Provinciale Staten die een voorstel beoordelen, en uiteindelijk een besluit nemen al of niet geamendeerd. Het burgeramendement voegt daar niets aan toe. Ook nu worden we benaderd door burgers met vragen, opvattingen en ideeën. Zij vullen de gedachtenvorming aan. Hun suggesties kunnen leiden tot een amendement ingediend door leden van PS.
Het burgerramendement moet door leden van PS worden geagendeerd. De korte weg voor burgers is: benader volksvertegenwoordigers met uw voorstellen! Dat kan al dan niet tot amendering leiden.
Alleen al het feit dat je voor de indiening van een burgeramendement acht lange artikelen nodig hebt om het te kunnen regelen geeft aan dat je de afstand burger–volksvertegenwoordiger niet kleiner maakt. Deze instrumentele benadering versterkt de democratie niet. Tegen D66 zou ik willen zeggen: stop met deze zgn. democratische versterking. Politiek die graag dicht bij de burger willen staan, moet het niet van dit soort opgetuigde routes hebben, maar van contact met de burger. In elk geval staat de ChristenUnie altijd open voor goede gesprekken met burgers. En zulke gesprekken organiseren we ook op eigen initiatief toe als ons signalen bereiken.